BOEKEN
BERLIJNSE TRILOGIE
KERR, BOISSERIE, WARZALA
Het meesterwerk van Philip Kerr voor de eerste keer als beeldverhaal.
Berlijn 1936: Bernie Gunther, voormalig commissaris van de Berlijnse politie is privé-detective geworden. Hij is gespecialiseerd in het vinden van vermiste personen. Iets wat steeds vaker voorkomt sinds de nationaalsocialisten aan de macht zijn gekomen. Terwijl nazi-Duitsland de straten oppoetst vanwege de aanstaande Olympische Spelen, vraagt een rijke industrieel, Hermann Six, hem de moord op zijn dochter Grete en haar man Paul, een fanate nazi, te onderzoeken. Six vraagt hem zich ook te verdiepen in het lot van een diamanten collier dat een fortuin waard is en uit hun brandkast is ontvreemd.
Tijdens zijn onderzoek komt Gunther in contact met de Gestapo, met Göbels, met de corrupte politie, en met de Berlijnse maffia.
Een Berlijnse kwestie, het eerste deel van de Berlijnse trilogie, schetst een realistisch en angstaanjagend beeld van het dagelijks leven van de Duitse bevolking gedurende het IIIe Reich. Bernie Gunther is in het Berlijn van Hitler wat Philip Marlowe was in het Californië rond 1940: cynisch, dwars, opstandig en toch, of juist daardoor, sympathiek.
SPECIFICATIES
Het Berlijnse straatbeeld dat Warzala in een wat houterige klare lijnstijl neerzet, geeft het verhaal voldoende lucht om niet onder de vele tekstballonnen te bezwijken. De vooroorlogse sfeer weet Warzala ondanks zijn grafische beperkingen knap op te roepen. De intrige blijft boeien tot het (open) einde. – 9e Kunst